Home

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 15-06-2021, ECLI:NL:GHARL:2021:5869, 19/00603 t/m 19/00605

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 15-06-2021, ECLI:NL:GHARL:2021:5869, 19/00603 t/m 19/00605

Gegevens

Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Datum uitspraak
15 juni 2021
Datum publicatie
25 juni 2021
ECLI
ECLI:NL:GHARL:2021:5869
Formele relaties
Zaaknummer
19/00603 t/m 19/00605

Inhoudsindicatie

BPM. Vermindering (afschrijving).

Uitspraak

Locatie Arnhem

nummers 19/00603 tot en met 19/00605

uitspraakdatum: 15 juni 2021

Uitspraak van de zestiende enkelvoudige belastingkamer

op het hoger beroep van

[X] B.V. te [Z] (hierna: belanghebbende)

tegen de uitspraak van de rechtbank Gelderland van 3 april 2019, nummers AWB 18/1953, AWB 18/1955 en AWB 18/1956 in het geding tussen belanghebbende en

de inspecteur van de Belastingdienst (hierna: de Inspecteur)

1 Ontstaan en loop van het geding

1.1

Belanghebbende heeft voor drie auto’s belasting van personenauto’s en motorrijwielen (hierna: bpm) op aangiften voldaan. De tegen die voldoeningen op aangifte door belanghebbende gemaakte bezwaren zijn door de Inspecteur bij in één geschrift vervatte uitspraken op bezwaar ongegrond verklaard.

1.2

Belanghebbende heeft tegen die uitspraken beroep ingesteld bij de rechtbank Gelderland (hierna: de Rechtbank). De Rechtbank heeft de beroepen ongegrond verklaard.

1.3

Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld.

1.4

Het onderzoek ter (digitale) zitting in hoger beroep heeft plaatsgevonden op 21 mei 2021. Namens belanghebbende is [A] als haar gemachtigde verschenen, bijgestaan door [B] . Namens de Inspecteur zijn verschenen mr. [C] en [D] .

1.5

Van het verhandelde ter zitting is een proces-verbaal opgemaakt, dat aan deze uitspraak gehecht.

2 De vaststaande feiten

2.1

Belanghebbende heeft in België drie gebruikte schadeauto’s gekocht. Het gaat om een Ford EcoSport - 1.0 EcoBoost Titanium (hierna: auto 1), een Toyota Yaris - 1.0 VVT-i Comfort (hierna: auto 2) en een Volkswagen Golf - 1.6 TDI Highline (hierna: auto 3).

2.2

Belanghebbende heeft deze schadeauto’s doen overbrengen naar Nederland en laten registreren in het Nederlandse kentekenregister. In verband hiermee heeft belanghebbende de hierna in 2.4 genoemde bedragen aan bpm op aangiften voldaan.

2.3

Belanghebbende heeft de waardevermindering als bedoeld in artikel 10, tweede lid, van de Wet op de belasting van personenauto’s en motorrijwielen 1992 (hierna: de Wet BPM) met betrekking tot de schadeauto’s bepaald op basis van taxatierapporten. Daarin zijn de handelsinkoopwaarden van de auto’s (mede) bepaald aan de hand van vraagprijzen van soortgelijke gebruikte personenauto’s zonder schade. Daarop is vervolgens op basis van een begroting van de herstelkosten een vermindering toegepast die volgens de taxateur aan de beschadigingen is toe te rekenen. In de taxatierapporten is ervan uitgegaan dat de waardevermindering als gevolg van de schade telkens 100% bedraagt.

2.4

Belanghebbende heeft de volgende bedragen voor de schadeauto’s op aangiften voldaan:

auto

schade

kilometerstand

datum aangifte

berekende bpm in aangifte

1

€ 8.248

4.123

26 september 2017

€ 1.895

2

€ 10.035

58.865

9 oktober 2017

€ 150

3

€ 12.542

89.129

11 oktober 2017

€ 211

2.5

De datum van eerste toelating van deze auto’s is:

-

Auto 1: 25 januari 2017

-

Auto 2: 15 januari 2014

-

Auto 3: 11 juni 2012

De historische nieuwprijzen van deze auto’s zijn:

-

Auto 1: € 26.085

-

Auto 2: € 16.089

-

Auto 3: € 31.310

De historische bruto bpm van deze auto’s zijn:

-

Auto 1: € 5.556

-

Auto 2: € 2.415

-

Auto 3: € 6.619

De door belanghebbende gehanteerde handelsinkoopwaarden belopen:

-

Auto 1: € 8.900

-

Auto 2: € 1.000

-

Auto 3: € 1.000

2.6

Belanghebbende heeft in oktober 2017 (tijdig) bezwaarschriften ingediend tegen de voldoeningen op aangifte. De Inspecteur heeft belanghebbende uitgenodigd voor een hoorgesprek op 13 februari 2018. Daarbij zouden onder meer de onderhavige drie bezwaarschriften worden besproken. Bij brief van 25 januari 2018 heeft de Inspecteur de datum van het hoorgesprek gewijzigd naar 12 februari 2018. Na telefonisch contact met de gemachtigde op 8 februari 2018, heeft de Inspecteur bij brief van 12 februari 2018 een nieuwe uitnodiging gestuurd voor 19 februari 2018.

2.7

Bij in één geschrift vervatte uitspraken op bezwaar zijn de bezwaren van belanghebbende ongegrond verklaard door de Inspecteur. Hiertegen heeft belanghebbende in één geschrift beroep ingesteld. De griffier van de Rechtbank heeft drie keer een bedrag van € 338 aan griffierecht geheven. Bij uitspraak van 3 april 2019 heeft de Rechtbank de beroepen van belanghebbende ongegrond verklaard. Belanghebbende heeft op 6 mei 2019 hoger beroep ingesteld tegen de uitspraak van de Rechtbank.

3 Het geschil

In hoger beroep is in geschil, kort gezegd, of de bedragen aan bpm die belanghebbende ter zake van de drie auto’s op aangiften heeft voldaan te hoog zijn. Verder zijn verschillende punten van formeelrechtelijke aard in geschil.

4 Beoordeling van het geschil

5 Proceskosten

6 Beslissing